Meer fokken met meer verschillende honden

 

We hebben nog maar de genetische diversiteit over van een handvol honden. Die diversiteit is echter verspreid over het hele ras. Dus om die diversiteit te bewaren is het belangrijk dat we met zoveel mogelijk honden fokken. Het mooiste zou zijn als iedere hond een paar nazaten zou krijgen die ook weer voor de fokkerij worden ingezet. Dan verliezen we helemaal geen genen meer. Dat is echter onhaalbaar. Dan zouden we veel meer Drenten fokken dan er kopers zijn.

 

Het zou al fantastisch zijn als er uit elk nest twee honden doorgaan in de fokkerij. Of van elke ouderdier drie of vier pups die 'doorgaan' in de fokkerij. Hier ligt een belangrijke taak voor fokkers om hun pupkopers daartoe op te roepen en te begeleiden. Het moet weer leuk worden om te fokken! Mensen hoeven geen ‘fokkers’ te worden die elk jaar een nest hebben; een enkele keer een gelegenheidsnestje zou al geweldig zijn!

 

Een probleem dat al decennia lang speelt, is dat sommige honden heel veel nakomelingen krijgen. Met name sommige reuen worden zo vaak gebruikt dat andere reuen niet aan bod komen. Het gevolg is dat de genetische diversiteit nog verder oploopt. Als we willen stimuleren dat er zoveel mogelijk verschillende honden worden gebruikt in de fokkerij, dan moeten we verder paal en perk stellen aan het gebruik van deze populaire reuen. Binnen de VDPH mag een reu maximaal 9 nesten krijgen, binnen de DPHCN 15. Maar zelfs met 9 nesten kan een reu zomaar een stuk of 70 nakomelingen krijgen. In plaats van 1 reu met 70 nakomelingen hadden we ook kunnen kiezen voor 7 reuen met ieder 10 nakomelingen. En dan worden er heel wat meer verschillende genen doorgegeven aan de volgende generatie.

 

Een ander probleem is dat met de huidige fokregels over HD, ED en PRA mensen die hun hond voor de fokkerij inzetten, behoorlijke kosten moeten maken voor oogtesten en röntgenfoto’s. Bovendien moet je minimaal 2x een exterieurkwalificatie hebben en ook dat kost geld. Alles bij elkaar kan dat behoorlijk oplopen, afhankelijk van de dierenarts wel tot 500 of zelfs 800 euro (inclusief shows et cetera). En dan loop je bovendien het risico dat de hond wordt afgekeurd of dat een reu wel op de dekreulijst komt te staan, maar niet gevraagd wordt. Daar kunnen rasverenigingen wat aan doen. Het minste is jaarlijks een lijst te publiceren met de kosten die verschillen dierenartsen vragen voor de foto’s. Die verschillen enorm. Verenigingen kunnen ook proberen met een paar dierenartsen kortingen af te spreken als meerdere mensen hun Drent daar laten testen. Maar dan nog blijft het risico voor de reu- of teefeigenaar. Wat zou het mooi zijn als de verenigingen daar een regeling voor bedenken. Bijvoorbeeld dat de vereniging de kosten voor de foto’s betaalt en dat bij een eerste nest/geslaagde dekking de kosten daarvan worden terugbetaald.

 

Een andere drempel zijn de exterieurkwalificaties die nu behaald moeten worden. Het zou zo maar kunnen dat het schrappen daarvan het aantal fokdieren doet stijgen. Ik zou voor een experiment zijn om dit een aantal jaar af te schaffen. Eens kijken wat daar de consequenties van zijn. Fokkers voor wie het exterieur erg belangrijk is, weten zelf heus wel welke reu wel of niet past in hun plaatje van de ideale Drent. Daar hebben ze echt geen keurmeester voor nodig. En als er toch per se gekeurd zou moeten worden zou ik er voorstander van zijn dat 1 x een G voldoende is. Goed is gewoon goed genoeg.

 

Mijn ideeën over gezond fokbeleid

Wat hebben we volgens mij nodig om te zorgen dat meer mensen hun hond inzetten in de fokkerij en om te voorkomen dat sommige honden te vaak worden ingezet?

  1. Voorlichting om mensen te stimuleren om te gaan fokken en/of hun reu in te zetten als dekreu
  2. Voorlichting over wat er allemaal komt kijken bij fokken en/of als je reu dekreu wordt.
  3. Fokkers die hun pupkopers stimuleren en helpen bij het fokken
  4. Een ‘reuenklas’ voor aanstaande dekreu-eigenaren (deze is er sinds kort al)
  5. Een paar door het land verspreidde ‘tevenklassen’ waarbij ervaren fokkers nieuwe fokkers helpen (de afgelopen jaren is op eigen initiatief van een fokker al één zo’n groep gestart).
  6. Een ‘regeling’ om de financiële risico’s voor fokkers en reu-eigenaren af te dekken.
  7. Afschaffing van verplichte exterieurkeuringen.
  8. Honden met een gemiddelde of hoge Mean Kinship (MK) worden nadat ze 25-30 nakomelingen of meer hebben voortgebracht, niet meer ingezet als fokteef of dekreu (zie hieronder).
  9. Honden met een lage MK worden nadat ze 35-40 nakomelingen of meer hebben voortgebracht, niet meer ingezet als fokteef of dekreu (zie hieronder).

 

Wat betreft zo'n aanscherping van de dekreubeperking (de laatste twee punten) hoef je niet gelijk met nieuwe verboden en geboden te komen. Je kunt beginnen met goede voorlichting en advies geven vanuit de rasvereniging(en). Bij elke fokaanvraag krijgt de fokker dan te horen of de gekozen combinatie valt binnen het advies. Fokkers houden dan de mogelijkheid om als ze dat echt willen van dat advies af te wijken. Zeker als de nakomelingen van een reu niet door lijken te gaan in de fokkerij kan het verstandig zijn nog een extra nest te fokken, waarbij je dan natuurlijk wel moet zorgen dat die nakomelingen wel in de fokkerij worden ingezet.

 

Meer achtergrondinformatie

Gezond fokken met Drenten - de basis

Fokken met lage Mean Kinship

Outcross en look-a-likes

Inteelt beperken

Hogere fokleeftijd

Elleboogdysplasie

Epilepsie

Von Willebrand Disease type 1